
Veneuze trombose
Oorzaken en behandeling van een trombosebeen
Bij een veneuze trombose gaat het meestal om een bloedstolsel in de beenaderen – dit is de meest voorkomende vorm van trombose. We spreken van een veneuze trombose wanneer er een stolsel (trombus) ontstaat in een ader. Zo’n stolsel kan het bloedvat deels vernauwen of helemaal afsluiten. Daardoor stroomt het bloed minder goed terug naar het hart en ontstaat er stuwing.
Veneuze trombose ontstaat meestal in de benen. Er zijn twee vormen: oppervlakkige en diepe veneuze trombose. Bij een oppervlakkige veneuze trombose (OVT), ook wel tromboflebitis genoemd, ligt het stolsel dicht onder de huid. Bij een diep-veneuze trombose (DVT), of flebotrombose, zit het stolsel dieper in het been, wat het risico op complicaties vergroot.
Trombosebeen: Inhoudsopgave
Hoe ontstaat een veneuze trombose?

Normaal gesproken stolt bloed niet zolang het goed door de aderen stroomt. De pompfunctie van het hart houdt het bloed in beweging. Onder bepaalde omstandigheden kan die bloedstroom echter vertragen – bijvoorbeeld als je lange tijd zit of staat, bedlegerig bent of strakke kleding draagt. In dergelijke gevallen kan er een ophoping ontstaan in de beenvaten, waardoor het bloed trager doorstroomt.
Wanneer de wand van een ader is beschadigd, bijvoorbeeld door een eerdere ontsteking, verwonding of verkalking, kunnen bloedplaatjes (trombocyten) zich aan de wand hechten. Dit vergroot de kans op stolselvorming. Ook een verstoring in de bloedstolling kan bijdragen aan de ontwikkeling van trombose. Wanneer deze drie factoren – een trage bloedstroom, beschadiging van de vaatwand en een verhoogde neiging tot stollen – gelijktijdig aanwezig zijn, is het risico op het ontstaan van een veneuze trombose aanzienlijk. Daarnaast zijn er verschillende risicofactoren die de kans op trombose verhogen:
Vaak is het een combinatie van meerdere risicofactoren die uiteindelijk tot een trombose leidt.
Hoe herken je een veneuze trombose?

Trombose ontstaat vaak sluipend en blijft in het begin ongemerkt. In ernstigere gevallen kun je last krijgen van een trekkende of krampachtige pijn, of een zwaar, gespannen gevoel in het aangedane been. Het been kan opzwellen – vooral bij de enkel of het onderbeen – en warm aanvoelen. Soms verkleurt de huid rood of blauwachtig, of gaat deze glanzen. Ook kunnen oppervlakkige aderen op het scheenbeen meer zichtbaar worden doordat het bloed een omweg zoekt.
Omdat deze signalen niet altijd duidelijk zijn of kunnen ontbreken, is het belangrijk om bij plotselinge pijn, zwelling of een gespannen gevoel in je been direct een arts te raadplegen. Leg het been zo snel mogelijk omhoog en beweeg het zo min mogelijk totdat je bent onderzocht.
Is veneuze trombose gevaarlijk?
Ja, een trombose in het been kan ernstige gevolgen hebben. Als een bloedstolsel losraakt en via de bloedbaan naar de longen wordt meegevoerd, kan het een bloedvat in de longen blokkeren. Dit noemen we een longembolie. Een longembolie kan leiden tot benauwdheid, pijn op de borst en in ernstige gevallen zelfs tot hartproblemen of een hartstilstand.
Daarom is het belangrijk om het getroffen been zo min mogelijk te bewegen totdat je door een arts bent onderzocht. Bij 10 tot 30% van de gevallen van diep-veneuze trombose ontstaat een longembolie. Hoewel dit zelden fataal is, vraagt veneuze trombose altijd om medische behandeling.
Hoe wordt veneuze trombose in het been behandeld?
Na de diagnose krijg je meestal medicijnen die het stolsel helpen oplossen (trombolytica). Deze behandeling duurt vaak enkele dagen tot een week. In veel gevallen kan dit poliklinisch worden uitgevoerd zonder ziekenhuisopname. Daarna wordt gestart met antistollingsmedicatie om te voorkomen dat zich opnieuw een stolsel vormt. Daarnaast zijn medische compressiekousen een belangrijk onderdeel van de behandeling. Ze ondersteunen de bloedcirculatie en verkleinen de kans op herhaling (recidief).

Hoe voorkom je een veneuze trombose?
Beweging is het beste medicijn. Wandelen, joggen of andere vormen van lichte inspanning stimuleren de bloedsomloop in je benen. Als je veel moet zitten of staan (bijvoorbeeld op het werk of tijdens lange reizen), probeer dan regelmatig even te bewegen. Ook voldoende water drinken en het beperken van risicofactoren zoals overgewicht, roken en overmatig alcoholgebruik helpen het risico te verkleinen. Daarnaast kunnen compressiekousen preventief worden ingezet, vooral als je een verhoogd risico hebt.
Hoe kunnen compressiekousen helpen bij een veneuze trombose?

Compressiekousen oefenen een lichte, gelijkmatige druk uit op je benen. Hierdoor worden de aderen iets nauwer, wat de bloedstroom versnelt en de kans op stolselvorming verkleint. Ze zijn geschikt voor preventief gebruik, bijvoorbeeld bij zwakke vaatwanden of spataderen, maar worden ook aangeraden na een doorgemaakte trombose om complicaties zoals het post trombotisch syndroom te voorkomen.
Compressiekousen zoals VenoTrain impuls zijn gemaakt van huidvriendelijke, zachte lycra en bijna niet te onderscheiden van normale panty’s of kousen. Ze zijn verkrijgbaar in moderne kleuren en bieden veel draagcomfort met een effectieve medische werking. VenoTrain impuls compressiekousen stimuleren de doorbloeding en zijn beschikbaar in confectiematen én als maatwerk.


